|
||||||||
|
Ik heb al eerder een uitermate positieve recensie geschreven over een album van Imbert. Hij is een van de voorgangers in de Franse jazzscene, zijn voorliefde voor jazzgrootheden als John Coltrane, Pharaoh Sanders en (vooral) Albert Ayler kan ik ten volle delen. Dit is inmiddels zijn 19de album onder eigen naam of met anderen waaronder met het Attica Blues Orchestra live met Archie Shepp. Geen mainstrean saxofonist dus deze Raphaël Imbert gezien zijn oeuvre. Deze cd klinkt voor mij als een muzikaal hoogtepunt qua jazz albums uit 2024, het feit dat zijn album nergens wordt genoemd in de toplijsten van het Nederlandse Jazzism zegt voldoende over het volstrekte negeren van niet alleen de Franse jazz in dit blad. Gelukkig heb ik daar een volstrekt andere kijk op mede gezien mijn ervaringen tijdens vakanties in Frankrijk bij fantastische jazzfestivals vooral in de open lucht met een lekker glas wijn en een hapje, iets totaal anders dan het massale overvolle North Sea gebeuren. Dat gezegd hebbend terug naar de fantastische cd van Imbert, er staan 5 composities op van hemzelf, “Japanese Front” van pianist Vincent Lafont, ” ’ll be seeing you” uit 1938 van Sammy Fain en Irving Kahai, vooral bekend door de uitvoering van Sinatra en “Adelphi Street” van bassist Pierre Fenichel. Om met de laatste te beginnen, hij is de contrabassist op dit album, Vincent Lafont is de pianist en Mourad Benhammou de drummer en Raphaël Imbert is leider, componist en saxofonist. Het is een positief feit dat dit album is opgenomen in La Gare, een vroeger station in een buitenwijk van Parijs, een kleine ruimte die zorgt voor een perfecte ambiance met het publiek. Zoals ik reeds opmerkte geen nieuw fenomeen in mijn oren, maar ik ben toch weer verrast door Raphaël op dit album, live laat hij blijkbaar nog meer horen van zijn onovertroffen directheid en intensiteit. Hij weet zich hier omringt door een perfect gezelschap van doorgewinterde jazzcollega’s, een volstrekt op elkaar ingespeelde groep. Zijn vijf composities zijn ook van een internationale allure als ware het jazzklassiekers, te beginnen met openingsnummer “Ecosystem of city birds”. Saxofoon en contrabas openen waarna de rest zich bij hen voegt en Raphaël loos gaat in een Ayleriaanse solo, knetterend spel ondersteunt met woeste kreten. En dat alles in een razend tempo, pfff wat een feest ! Op een gegeven moment neemt Imbert twee saxen in de mond zoals Roland Kirk ooit deed, daarna gaat het verder op de sopraansax. Met “Adelphi Street” komen we in rustiger vaarwater maar het spel van Imbert blijft intens en vol overgave, Fenichel zorgt voor de nodige rust met een bassolo maar opnieuw laat Imbert zijn sopraansax “spreken” waarop het publiek enthousiast reageert, wat een sfeer. Zo gaat het ruim 70 minuten lang door, een en al intensiteit, wat zou ik er graag bij zijn geweest, het wordt tijd dat Raphaël en zijn kornuiten afzakken naar België en/of Nederland om hier de boel op stelten te zetten. Jan van Leersum.
|